Berichten

Waarom we niet “gewoon beginnen” met opleiden

“Laten we nu eerst maar beginnen met opleiden, die rand-dingen, die komen later wel.” Het is bijna zo ver; de modules zijn klaar en de mentorentraining is gepland. De productieleider en HR-manager zijn klaar voor de actie. Ze schuiven hun koffiekopjes opzij en zijn klaar om de bespreking af te ronden.

 

Ik voel me bijna een spelbreker als ik op de rem trap. Toch doe ik dat als ik vragen begin te stellen:

Peter is 63, moet hij nog aan de opleiding beginnen? En Samar van 64?

Hoeveel tijd krijgen deelnemers om aan een module te werken onder werktijd?

Is er een ruimte waar in stilte geleerd kan worden?

We besluiten de koffiekopjes nog een keer te vullen en er eens goed voor te gaan zitten.

De strategisch opleidingscoördinator pakt haar eigen vragenlijst erbij, zij had nog wel punten wat op haar lijstje staan.

 

De start van een opleiding roept vragen op bij deelnemers. Peter en Samar willen weten wat de opleiding voor hen betekent, net als al hun collega’s. Met een beetje pech verzandt een feestelijke start van een opleiding in een vragenronde van 3 uur. Een te snel gegeven antwoord op de vraag van Samar zou bovendien grote gevolgen kunnen hebben voor andere deelnemers. “Ik ben ook 64, dus…”

 

Wij denken graag van tevoren na over de vragen die medewerkers zullen stellen over de start van hun opleiding. Ieder antwoord wordt een spelregel voor werkplekopleiden. Spelregels zijn duidelijk en voor iedere medewerker van een organisatie hetzelfde. Spelregels voorkomen een valse start. Duidelijke spelregels is één van de 9 ingrediënten voor succesvol opleiden. Nieuwsgierig naar de andere succesingrediënten? Neem dan hier een kijkje: https://paulussebedrijfsopleidingen.nl/succesingredienten/